‘Sorry, volgende keer bij ons’ heeft alles in zich om de zoveelste gemakzuchtige Parade-voorstelling te worden (veel sexgrappen, sketch-matige opbouw, lichte tekst, veel muziek), maar dankzij met name het geweldige acteerwerk van Dick van den Toorn en Rogier in ‘t Hout valt er erg veel te genieten. Monsterachtige personages met monsterachtige leventjes. Rogier in ‘t Hout speelt met een geweldige timing en een prachtige fysiek (van het niveau van zijn MacBeth bij het NNT). Van den Toorn is uniek in zijn treurige SBS6-burgelijkheid. Eerst als een volkomen lege en uitgebluste Gordon-look-a-like, daarna als een huppelend dik kwekwijfje. De muziek is ook erg lekker, let vooral op die geweldige saxofoniste. Het is allemaal afgelopen voordat je er erg in hebt (wat een beetje onbevredigend is), maar dan heb je een paar geweldige scènes gezien die hilarisch èn dieptreurig zijn.
Opgehemeld in de pers en nu wegens groot succes (Parade vorig jaar) hernomen. Orkater speelt voor een overvolle tent van jubelend publiek. Maar ik vrees dat regisseur Titus Tiel Groenestege te lang niet is langs geweest, want wat ik vanavond zag was van een bedroevend niveau. Slordig, lomp spel, slechte timing, ongeïnspireerd lopende-band-werk. Van wat in de pers als ‘een juweeltje’ werd omschreven is weinig over. Dat het überhaupt ooit zo briljant was, kan ik me nauwelijks voorstellen: de teksten zijn flauw, het concept zeer inconsequent uitgewerkt en de inhoud is zo mager als de yoghurt die de personages willen verkopen. Een gesubsidieerd, serieus gezelschap onwaardig! En dan heb ik het nog niet eens gehad over Linda de Mol die aan het eind op video verschijnt - triest.
Theaterconcert van jonge singer/songwriter met het Mantagnikwartet en arrangeur Bart van Dongen. Prachtig eigen materiaal gevoelvol vertolkt en luchthartig gepresenteerd. Geen poeha, maar kwaliteit. Nog een beetje een ruwe diamant, maar laat ze in godsnaam dat scherpe, gekke randje houden.
Speelse solo van Nicole Vervloed gespeeld door Eva Zwart die omgaat met haar emtoies alsof het een memoryspel is. Ze behandelt grote gevoelens als geluk en verdriet met een groot inlevingsvermogen dat ze hanteerbaar maakt door ernaast een objectiverende realtivering te plaatsen. De simpelste middelen blijken weer eens het meest effectief. Een goed begin van een jonge theatermaakster en een verrassend vaardige jonge actrice. Op zo’n festival als de Boulevard ontdek je nog eens wat. Howel, dit was ook al op het Cementfestival te zien.
Een kleine voorstelling over de controverse tussen toeval en lot en hoe dit dilemma je uit de slaap kan houden. Sympathieke gespeeld. De makers weten wat ze willen en hebben een intrigerend onderwerp te maken, maar hebben iets te weinig theatraal vermogen om je echt mee te slepen. Sommige bewegingsstukjes komen gratuit over. Desalniettemin fijnzinnig van gedachte en oprecht gebracht.
Theater vertelt verhalen. Maar als die verhalen eerder via de kranten, TV en andere nieuwsmedia een stuk van je leven zijn geweest, wordt het verdekke moeilijk om het verhaal an sich op zijn ware verdiensten te beoordelen. “Aalst” van Victoria had er last van (over een opzienbarende kindermoord in “mijn” stad). Dit stuk, die een figuur op het toneel zet die vele jaren het politiek leven van ons land heeft beheerst, heeft het nog meer.
Voor mij is Martens …. voila, daar heb je het al. Je toetst constant hetgeen je op het podium ziet aan het beeld dat het geheugen heeft opgebouwd.
In een poging om toch afstand te nemen : ja dit is een goede voorstelling. Vooreerst omdat Koen De Sutter een schitterend acteur is en zijn personage met veel inlevingsvermogen en zelfs empathie vertolkt. De tekst (alhoewel Martens hier veel te lief wordt benaderd, hij was er zelf mee opgezet) laat een complex personage zien. De stijve hark met dat gekunsteld Nederlands, komt zowaar over als een mens met twijfels, gekwetst door zijn omgeving en medestanders, maar toch vastberaden en vol van zijn eigen gelijk (zijn we dat niet allemaal?).
Zelfs over de (inmiddels ruim gekende conflicten) met zijn eigen partijgenoten (Tindemans, de broers Van Rompay) is deze voorstelling mild. Maar nu ben ik terug het verhaal aan mijn geheugen aan het aftoetsen.
Er zijn stemmen die deze voorstelling kaderen in een ietwat georchestreerde verkiezingscampagne. Tenslotte is dit een verkiezingsjaar. En uitgerekend als de kranten vol staan van de première is er diezelfde week ook de persvoorstelling van de langverwachte mèmoires van Martens. Hij was dan ook niet uit de media weg te branden. Zo ver wil ik niet gaan, de man zoekt duidelijk naar een zekere rehabillitatie (lap weer van dat). Het weze hem gegund.
Kermis die je op eigen menskracht moet aandrijven, maar die door de leden van Laika en Time Circus op Vlaamse wijze wordt begeleid. Een meemaakvoorstelling die zijn weerga niet kent. Niets voor apathische mensen.
Keurige moderne dansvoorstelling op esthetisch en technisch zeer hoog niveau. Het ontbreekt de choreografie aan gevaar, aan het gevoel dat er over de schreef kan worden gegaan. Binnen het nagestreefde dansidoom echter prachtig uitgevoerd. De live uitgevoerde muziek met werkelijke prachtige zang komt in de locatie van de kerk waarin de voorstelling speelt glansrijk over.
Hilarische overweldiging door twee grote vogels van zelfgenoegzame vogelaars. De man-vrouw verhouding wordt in deze voorstelling wel op erg aparte wijze aan de orde gesteld. Laat je niet vangen onder de vleugels van de rondborstjes!
Kleine solo gespeeld door Joris Erwich. Zijn alter ego is de geestelijk achtergebleven Bennie die zonder dat het ook maar een moment ‘Willempie’-gehalte krijgt het respect van de theaterbezoeker afdwingt. Precies als je denkt dat het wel genoeg is, vind Bennie het ook niet meer zo leuk. Dan is het wachten op het applaus. “Kan je lang op wachten,’denkt Bennie. Maar dat valt wel mee.